Arnhemmer na 14 maanden hechtenis vrijgesproken van poging tot moord

Een moeilijke afweging, aldus de rechtbank, maar ze ziet uiteindelijk te weinig bewijs dat deze man degene is die in december 2016 een andere Arnhemmer in diens woning elf keer stak met een mes. De halsslagader werd daarbij net niet geraakt.

De uit Iran afkomstige mannen kenden elkaar van het asielzoekerscentrum vijftien jaar geleden. Op een gegeven moment had de verdachte het idee dat de ander seks had gehad met zijn vrouw. Mannen in witte pakken van de Iraanse veiligheidsdienst zouden hem hebben verteld dat het latere slachtoffer de vader van zijn kind was.

Een getuige verklaarde dat de man had gezegd dat hij het slachtoffer te grazen wilde nemen. Maar de rechtbank ziet teveel tegenstrijdigheden in de verklaring van deze getuige om het als bewijs mee te nemen.

Omwonenden hebben gezien hoe iemand bij het slachtoffer aan de deur kwam en hem stak. Maar hun omschrijving van het postuur van de aanvaller past niet bij de verdachte.

De verdachte is bij het Pieter Baan Centrum geweest. Deskundigen daar gingen ervan uit dat als hij de aanvaller was, dat hij dan onder invloed van waanideeën was geweest. Maar de rechtbank ziet dus onvoldoende bewijs. Het slachtoffer is de enige die naar de man wijst als degene die hem aanviel.

Een moeilijke dag voor het slachtoffer, erkende de rechtbank in de zittingszaal waar het slachtoffer de uitspraak gelaten aanhoorde. De man heeft aan de aanval ontsierende littekens overgehouden.