Aantal coronabesmettingen in Zuidoost-Brabant neemt na twee maanden weer toe; pieken in Someren, Son en Breugel en Helmond

In Meierijstad en Someren was de voorbije twee weken bijna sprake van een verdubbeling ten opzichte van de voorgaande periode van twee weken (27 januari - 9 februari). In Son en Breugel was de stijging 58 procent en in Helmond waren er ruim honderd nieuwe besmettingen meer dan in het vorige tijdvak (+22 procent). Ook in Asten, Oirschot, Eersel, Bergeijk en Cranendonck nam het aantal besmettingen toe.

De GGD Brabant-Zuidoost kon dinsdag nog niet reageren op vragen over de pieken in Someren, Son en Breugel en Helmond. Kijken we naar de voorbije dagen, dan zat Helmond ook landelijk in de kopgroep (aantal besmettingen per 100.000 inwoners). Dat is wellicht het gevolg van een inhaalslag, nadat de Helmondse teststraat onlangs door het winterweer ruim een week dicht bleef.

Ondertussen was de situatie in de vier ziekenhuizen in de regio dinsdagochtend cijfermatig iets beter dan een week geleden. Toen hadden het Catharina Ziekenhuis, het Máxima Medisch Centrum, het Elkerliek ziekenhuis en het St. Anna Ziekenhuis samen 143 coronapatiënten (van wie 33 op de intensive care), nu 125 (van wie 27 op de ic). Gezien de toename van het aantal nieuwe coronabesmettingen lijkt deze daling dus van tijdelijke aard. Het RIVM spreekt al over de derde coronagolf.

De ziekenhuizen in Zuidoost-Brabant proberen aan de hand van data zo goed mogelijk in te schatten hoeveel nieuwe coronapatiënten ze kunnen verwachten. In het Catharina Ziekenhuis gebeurt dat door twee analisten. De getallen van het RIVM en de GGD worden gecorrigeerd voor leeftijd en geslacht, want zoals bekend zijn het vooral mannelijke vijftigplussers die in het ziekenhuis belanden.

Soms wordt het Cathrien verrast, zoals begin deze maand, toen er op één dag ineens 15 coronapatiënten bij kwamen. Maar in het algemeen heeft het ziekenhuis aardig controle, veel meer dan tijdens de eerste golf van een klein jaar geleden. Zo kan het aantal coronapatiënten binnen een bepaalde bandbreedte worden gehouden, in dit geval grofweg tussen de 50 en 60, van wie 10 tot 15 op de ic.

Als het Cathrien van zichzelf relatief weinig coronapatiënten heeft liggen, neemt het al snel patiënten over uit andere ziekenhuizen. En vice versa. „Het gaat erom de druk onderling zo goed mogelijk te verdelen”, aldus capaciteitsmanager Lennart Heurter. Door deze ‘eerlijke verdeling’ kan de reguliere zorg veel beter overeind blijven.