UTRECHT/DE BILT - De uitbraak van het coronavirus zorgt voor schonere lucht in Nederland. Dat zeggen KNMI en RIVM.
Leo van RaaijLaatste update:18-03-20, 11:49
Minder auto’s op de weg, een enorme daling van het vliegverkeer en de scheepvaart en fabrieken die minder produceren. De economische impact van de coronacrisis is enorm, maar het milieu en met name de luchtkwaliteit varen er wel bij: minder uitstoot van kooldioxide, stikstofdioxide en fijnstof. Dat werd eerder al duidelijk in China.
Volgens RIVM-onderzoeker Joost Wesseling, gespecialiseerd in vooral de luchtkwaliteit, is de conclusie dat de lucht ook in Nederland schoner wordt, veilig te trekken. „Minder activiteit geeft een lagere uitstoot van vervuilende stoffen”, zegt hij. Al plaatst hij wel kanttekeningen bij de plaatjes die bijvoorbeeld via sociale media verspreid worden van satellietmetingen door het Nederlandse Tropomi-instrument.
In China zagen we een daling van de concentraties van ongeveer 35 procent ten opzichte van 2019
Henk Eskes, Onderzoeker bij het KNMI
40 procent lager
Dat instrument meet dagelijks wereldwijd de concentraties van vervuilende stoffen. Eerder al gingen de beelden rond van de daling van stikstofdioxide (NO2) in China, recent kwamen daar de beelden van Noord-Italië bij. Ze werden gepost door onder anderen onderzoeker Henk Eskes van het KNMI.
„In China zagen we een daling van de concentraties van ongeveer 35 procent ten opzichte van 2019. Voor individuele steden liep dit op tot 50-60 procent”, zegt Eskes. „In Milaan is de concentratie NO2 in eind februari en maart ongeveer 40 procent lager dan dezelfde periode vorig jaar.”
Hij verwacht dat Tropomi de komende weken hetzelfde effect zal meten in Nederland. „Stikstofdioxide blijft maar even in de lucht, dus je ziet snel welke effecten een vermindering van de uitstoot geeft. Wat je vandaag uitstoot is morgen alweer weg.”
Zijn collega Wesseling van het RIVM nuanceert het idee dat via de satellietmetingen nu al onderbouwde conclusies te trekken zijn. „Ook bij Tropomi zie je van dag tot dag grote verschillen. De luchtkwaliteit is van veel factoren afhankelijk, zoals de windrichting, hoe hard het waait en wat bijvoorbeeld de kwaliteit is van de lucht die wordt aangevoerd. Het is lastig nu al te zeggen of die plaatjes representatief zijn.”
Combineren met weermodellen
Eskes is het daarmee eens. „Concentraties NO2 in de lucht zijn sterk variabel. Dat maakt interpretatie van de beelden complex.” Volgens Wesseling en Eskes is het daarom nodig om over een langere tijd metingen te doen en de gegevens te combineren met weermodellen.
„Maar”, zegt Eskes nu al: „De gemeten afname is zo groot dat het niet grotendeels aan het weer is toe te schrijven. We hebben analyses gedaan van concentraties voor en na het ingaan van de maatregelen en zien een sprong op het moment dat de maatregelen van kracht worden. Verder hebben we vergeleken met 2019 en andere jaren, middelen we over langere periodes en kijken we naar de ruimtelijke consistentie. Hieruit komt wel degelijk een duidelijke boodschap uit naar voren.”